Muziek tijdens het schrijven: goed idee?
Als ik werk, luister ik naar muziek. Toen ik als tekstschrijver begon, kwam ik terecht in een uiterst gezellige studio met collega-tekstschrijvers en ontwerpers. De laatste groep bepaalde meestal wat er werd gedraaid, wat varieerde van Meindert Talma en Eels tot nichebandjes die ik daarna nooit meer heb gehoord. Sindsdien staat de muziek aan. Tijdens het werk kies ik voor repertoire dat ik door en door ken, zoals mijn vergaarbak op Spotify met honderden pop- en rocknummers die ik leuk vind. Om te focussen kies ik nog weleens de Dire Straits. Onacceptabel voor de fijnbesnaarden onder ons, maar vooral Love over Gold meandert zo lekker. Bruce Springsteen, Pixies, Marillion en de onvolprezen Tröckener Kecks helpen me af te blazen.
Klanken maken stofjes aan
Ga je ook echt beter werken door muziek? In dit NRC-artikel las ik dat 8 op de 10 Britse chirurgen opereren met muziek aan. In hetzelfde artikel legt hoogleraar klinische neuropsychologie Erik Scherder uit dat muziek een stimulerend effect tijdens het werk kan hebben: klanken gaan via de oren naar de hersenstam, waar stofjes worden aangemaakt die zorgen voor ‘opwinding’. Die stofjes zetten vervolgens de hersenschors ‘aan’ en dat zou ervoor zorgen dat je beter geconcentreerd kunt werken.
Klassieke muzak
Navraag bij mijn collega-Redactieprofs leert dat ik niet de enige ben die gedijt bij muziek tijdens het schrijven. Collega Jos heeft bij voorkeur Classic FM opstaan, zeker als hij zich moet concentreren. “Klassieke muzak”, noemt hij het: “Ik hoor het nauwelijks, maar voel me er prettig bij. Enige puntje is dat regelmatig Intermezzo van Cavalleria Rusticana (Pietro Mascagni) langskomt. Dat stond op bij de crematie van mijn vader. Dan voel ik me even wat ongemakkelijk. Soms zet ik een YouTube-video aan met vogelgeluiden en stromende bergbeken. Ook heel rustgevend. Ik had ooit een leraar die op de korte golf een Russisch radiostation opzocht. Dan had hij wel geluid en stemmen, maar omdat hij ze toch niet verstond, werd hij er niet door afgeleid.”
“Ik hoor het nauwelijks, maar ik voel me er prettig bij”
Piano op de achtergrond
Cindy zweert bij pianomuziek als katalysator. “Ik luister graag naar de playlist Piano in the background. Op een flexplek met anderen om me heen heb ik regelmatig een noise-cancelling koptelefoon op, soms met die playlist, soms met ’stilte’. Maar ik kan ook prima werken met het gesmoes en getik van de anderen om me heen.”
Als klassiek suf maakt: Buckethead
Tom schrijft altijd met muziek aan. Voorspelbaar werk, liefst zonder tekst: “’s Ochtends begin ik bijna altijd met easy listening, zoals Vivaldi of Chopin. Vaak begin ik met deze, dan weten m’n hersens gelijk dat ze aan de slag moeten. Voor minder complex werk luister ik daarna eigenlijk van alles, waar ik maar zin in heb. Maar als ik me later op de dag nog echt moet concentreren, maar iets te suf ben van de klassieke muziek, dan zet ik bijvoorbeeld Buckethead op. Dat is een vent met een KFC-emmer op zijn hoofd, die fantastische gitaarmuziek maakt. Het is even rustig en voorspelbaar als klassiek, ook omdat ik het al door en door ken, maar heeft toch wat meer pit.”
De magie van de afspeellijst
Sasja typt meestal in stilte, zegt ze. “Maar soms vind ik het té stil en zet ik een muziekje op. Dat doe ik bij de wat monotonere klussen zoals een laatste correctieronde of de kwartaalboekhouding. En vaker in de winter als het donker en nat is buiten. In de zomer loop ik vaker even tussendoor de tuin in.”
De afspeellijsten van Spotify vindt ze een van de mooiste uitvindingen van onze tijd: “Magisch gewoon; je typt iets in als ‘A walk alone’ en je krijgt urenlang muziek van muzikanten die ik anders nooit zou hebben gevonden. En platen omdraaien of een nieuwe cd opzetten, daar denk ik tijdens mijn werk helemaal niet aan. En anders trouwens ook niet. ‘Wat leven we toch in een mooie tijd’, denk ik dan als ik zo lekker zit te luisteren en te werken. Dat wil zeggen: er is heus veel mis in de wereld maar in de beslotenheid van mijn werkkamer is er dan ook veel moois.”
“Muziek is voor na het werk. Lekker even knallen met Pearl Jam tijdens het uitruimen van de vaatwasser.”
Stilte, en zeker geen radio met jingles
Voor onze punkrocker Marleen geen muziek tijdens het schrijven: “Dan heb ik stilte nodig. Alleen de wisselwerking tussen mijn denken en het scherm, dat werkt voor mij het beste. En zeker geen radio, met stemmen en jingles en reclame. De periodes dat ik interim in kantoortuinen aan de slag ben, zet ik soms wel muziek op. Maar dan alleen om me af te sluiten van de gesprekken om me heen. Oortelefoontjes in, mijn eigen playlists opzoeken. Of, beter nog, de mooiste vorm van witte ruis: natuurgeluiden. Regen of stromend water werkt heel goed, dat filtert alle andere geluiden weg. Het verzacht zelfs verbouwingsherrie. Muziek is voor na het werk. Lekker even knallen met Pearl Jam tijdens het uitruimen van de vaatwasser.”
Wel een wasmachine die draait
Ook Theanne wil van geen muziek weten: “Muisstil moet het zijn hier. Ik erger me al kapot aan de grasmaaier van de buren. Ik heb het nooit begrepen dat iemand kan werken met muziek aan. Dan is mijn aandacht in elk geval zwaar verdeeld. Word ik gek van. Op dit moment draait de wasmachine. Dat vind ik dan wel weer een fijn geluid, omdat ik dan denk: sjonge, lekker dat die was weer gedaan wordt, zonder dat ik daar iets voor hoef te doen.”
Haar zoon luisterde laatst naar ASMR. “Ken je dat? Echt eng. Van die huishoudgeluiden waar je dan van zou ontspannen.”